Binnen de KNSA is er het onderdeel Historische wapens met verschillende disciplines. Hier worden ook landelijke en internationale wedstrijden voor georganiseerd, op eenzelfde manier als bijvoorbeeld de KKP en Luchtpistool wedstrijden. Uiteraard zijn er voor de disciplines binnen de Historische wapens verschillende vereisten voor de goedgekeurde wapens, net as bij KKP en Luchtpistool. Internationaal zijn er de reglementen van de MLAIC, NMLRA en de MLABG.
Nederlandse Disciplines
De KNSA heeft de disciplines en reglementen omschreven in Deel VII. Veel regels zijn overgenomen van de MLAIC, maar heeft ook eigen regels die voorgaan op de regels van de MLAIC. Er zijn in principe twee afzonderlijke onderdelen, de voorlaadwapens en de achterlaadwapens. Maar binnen deze twee onderdelen wordt weer onderscheid gemaakt tussen revolvers, pistolen, geweren en zelfs kanonnen.
Ook wordt er onderscheid gemaakt in originele wapens en replica’s. Een origineel wapen is vóór 1945 vervaardigd en ongewijzigd origineel antiek voorlaadvuurwapen, of een vóór 1945 vervaardigd en model van vóór 1900 origineel en ongewijzigd antiek achterlaadgeweer. Alle vuurwapens vervaardigd na deze genoemde data vallen onder de replica’s. In principe zijn de genoemde originele vuurwapens direct de zogeheten vrijgestelde vuurwapens, met uitzondering van centraalvuur revolvers en alle vuurwapens in 22LR.
De disciplines hebben mooie namen, welke verwijzen naar of een beroemde wapensmid of een gebied met ruime vuurwapenhistorie. De discipline ‘Colt’, voor originele percussie revolvers, laat zich raden. Maar de discipline ‘Mariette’, voor de replica percussie revolvers, ligt weer niet voor de hand. Mariette was blijkbaar een beroemde Belgische wapensmid van zogeheten ‘pepperbox’ pistolen. Andere bekende namen zijn Miquelet, Minie, Whitworth (ja, die van de schroefdraad), Walkyrie en Vetterli. Voor vrijwel alle disciplines worden 13 schoten afgevuurd op een schietkaart, de beste 10 schoten tellen mee voor de uitslag. Je krijgt 30 minuten voor de serie en tot 50m wordt er meestal staand geschoten. Uitslagen van minimaal 95 punten zijn nodig om in de top drie te eindigen. In de geweerdisciplines zijn 100 punten niet ongewoon!
Welke disciplines kunnen er geschoten worden bij SV BVtL?
De lijst met disciplines is best lang en is opgenomen in het totaaloverzicht van de KNSA. In de lijst worden kalibers opgegeven en schietafstanden. Dit levert dus binnen de vereniging een beperking op, maar er zijn voldoende mogelijkheden om een aantal disciplines te oefenen op kortere afstand, of zelfs officiële wedstrijden voor te organiseren. Hieronder staat een overzicht van de disciplines, welke we op de vereniging zouden kunnen beoefenen:
Discipline O/R |
Afstand |
Kaliber |
Wapen Origineel/Replica |
Mariëtte R/Colt O |
25m |
Vrij |
Percussie revolver |
Kuchenreuter |
25m |
Vrij |
Pistool, percussie, enkelschots |
Cominazzo |
25m |
Vrij |
Pistool, vuursteen, gladloop, enkelschots |
Tanzutsu |
25m |
Vrij |
Pistool, lontslot, gladloop, enkelschots |
Twigg |
25m |
Min. .22CF / 5,6mm |
Pistool, achterlaad |
Webley |
25m |
Min. .30 / 7,62mm |
Revolver, achterlaad |
Lamarmora |
50m |
Min. .5315 / 13,5mm |
Geweer, percussie, militair |
Dreyse |
50m |
Min. .323 / 8mm |
Geweer, achterlaad, militair |
Vetterli |
50m |
Vrij |
Geweer, percussie, enkelschots |
Miquelet |
50m |
Vrij |
Geweer, vuursteen, gladloop, enkelschots |
Tanegashima |
50m |
Vrij |
Geweer, lontslot, enkelschots, staand |
Hizadi |
50m |
Vrij |
Geweer, lontslot, enkelschots, knielend |
Pope |
50m |
Min. .22CF / 5,6mm |
Geweer, achterlaad, vrij |
Pennsylvania |
50m |
Vrij |
Geweer, vuursteen, getrokken loop |
Op dit moment is de achterwand van de schietvereniging nog niet geschikt voor kalibers groter dan .45, dus Lamarmora zou niet kunnen. In de andere disciplines is er altijd een kaliber te kiezen, welke wel geschoten kan worden. Op dit moment is er alleen een interne competitie opgezet in de discipline Pope. In principe is elk achterlaadgeweer geschikt en zijn de gebruikte schietkaarten (ISSF 50m pistoolkaart) beschikbaar op de vereniging. We maken dan geen onderscheid in origineel of replica, en de afstand is een oefenafstand. We schieten net als de andere competities 2x 5 schoten, er mag dus niks weggestreept worden.
Aangezien historische wapens ontworpen waren voor zwartkruit, is het haast een verplichting, dat de schutter zelf zijn of haar patronen kan herladen. Patronen geladen met zwartkruit zijn vrijwel niet verkrijgbaar en dus ook zeer kostbaar. Iedere schutter met een verlof mag herladen, voor de wapens op het verlof. De regels voor de opslag van (zwart)kruit zijn momenteel niet duidelijk, vanwege een rechtszaak door een schutter, welke had aangevochten dat de bestaande beperking van 3kg kruit nergens op gebaseerd was. Hij heeft de rechtszaak gewonnen, maar het mogelijk voor alle herladers verpest. De nu geldende regelgeving valt terug op de huidige omgevingswet en is een stuk beperkender dan de oude overeenkomst tussen de politie en de KNSA. In het kort: voorheen mocht je 3kg kruit thuis opslaan, waarvan hooguit 1kg zwartkruit. De Omgevingswet staat de opslag van 50kg kruit toe, waarbij de opslag vereisten, minimaal een bunker, niet voor iedereen is weggelegd. Eind 2023 maakte de KNSA bekend, dat er waarschijnlijk weer een overeenkomst wordt getroffen, want anders is het schieten met historische wapens nog maar voor een zeer kleine groep mogelijk…
Veel van de historische wapendisciplines zijn ook nog eens van het voorlaadprincipe. Er wordt dan afgemeten los zwartkruit in de loop gegoten, en afgestopt met het projectiel. Je begrijpt, dat als het voorhanden hebben van zwartkruit aan banden ligt, deze discipline helemaal niet meer geschoten kan worden. Op dit moment wordt het dus nog wel gedoogd. Voor het schieten met dergelijke wapens is er dus het volgende nodig: een zwartkruitvoorraad, een maatschep, projectielen (rondballen of punten van lood) en een ontsteking. Dit laatste kan dus een lont, vuursteen of percussie kapje zijn. Om de snelheid van het herladen te vergroten, is in het verleden een systeem bedacht, waarbij het projectiel en een afgemeten hoeveelheid zwartkruit in een papier gewikkeld waren. Dit zal je bij wedstrijden niet vaak zien, aangezien snelheid geen eis is, maar consistentie wel.
Voor de achterlaadwapens hebben we dus patronen nodig, want in de meeste gevallen zal er met een messing huls en slaghoedje gewerkt worden. Randvuur of andere vormen van eenheidspatronen zijn, in Nederland, vrijwel onverkrijgbaar en mogen niet zelf vervaardigd worden. In andere gevallen bestaan de originele hulzen niet of nauwelijks meer en ben je aangewezen op meer moderne, maar vergelijkbare hulzen. Deze mogen dan omgevormd worden naar het gewenste kaliber. Eerder werd er gesteld, dat historische wapens meestal vrijgesteld zijn voor de Wapenwet, maar munitie of kruit zeker niet! Om te mogen schieten met historische wapens is er dus altijd een verlof nodig! Hierop worden de te gebruiken hulzen bijgeschreven, anders mag je ze, net als hulzen voor reguliere nitro munitie niet in je bezit hebben!
Over de projectielen heersen nogal wat misverstanden. Er wordt wel eens gesuggereerd, dat loden koppen altijd vrij zijn. Volgens artikel 2.4.5 in de CWM 2020 zijn ronde loden kogels inderdaad vrijgesteld als munitie. Volgens artikel 1.2.2 van dezelfde Circulaire, valt munitie, bedoeld voor categorie IV wapens (waaronder luchtdrukwapens) niet onder de noemer munitie, omdat in de zin van artikel 1, onder 4, van de WWM het projectiel niet door middel van een vuurwapen wordt afgeschoten. Artikel 1.2.4 stelt weer, dat kogels, bedoeld om in hulzen afgevuurd te worden, als onderdeel van munitie wordt gezien. Let wel, met uitzondering van de ronde loden kogels wordt nergens gesproken over een mantel, of loden kogel. Dit geeft dus een schemerzone, want wat maakt, dat een loden kogelpunt slechts bedoeld is voor een luchtdrukwapen, maar niet gebruikt kan worden in een patroon voor een vuurwapen?
Maar goed, voor (zwart)kruit is een Erkenning of Wecg nodig, welke je in ieder geval kan krijgen met een verlof. Voor slaghoedjes is ook weer een verlof nodig, dus je ontkomt er niet aan, om een verlof te regelen.
Over het herladen van patronen zelf kunnen we vrij kort zijn, maar het is een behoorlijk bewerkelijk proces. De verschoten hulzen worden ontdaan van de oude primer en opnieuw gevormd naar fabriekswaarden. Eventueel kunnen de hulzen nog schoongemaakt worden, maar dit is niet altijd nodig. De gevormde huls zal een slaghoedje moeten krijgen. Hierna kan hij gevuld worden met (zwart)kruit, volgens ladingen uit de verschillende laadtabellen. In het geval van zwartkruit is het noodzaak, dat de huls volledig gevuld is, al dan niet met een opvuller. Zwartkruit kan exploderen, als er voldoende zuurstof aanwezig is. Het is dus zaak, om alle lucht uit de patroon te krijgen. Voor nitrokruit is dit minder van belang. Boven op het kruit, en de eventuele opvuller, wordt de kop geplaatst. Indien nodig, kan het geheel onder een pers worden gezet, om de lengte van de patroon te reguleren en de kop eventueel vast te krimpen.
Voor voorlaadwapens is de procedure dus alleen op de schietbaan te regelen. De stappen zijn lichtelijk anders: het kruit wordt via de voorzijde van de loop ingegoten. Hierop komt al dan niet een afsluitprop (‘wad’) en/of vulmiddel. Als laatste de kogel, welke gehuld in een papieren mantel, of een stoffen patch, kan zijn. Dit om voor een betere afsluiting te zorgen. Als laatste wordt de ontsteking klaar gemaakt: het vullen van de pan met fijn zwartkruit voor een vuursteenontsteking, het plaatsen van een percussie kapje op de schoorsteen of het aansteken van de lont bij een lontslotontsteking.
Kogels gieten
Voor zwartkruit wapens zijn over het algemeen de kogelkoppen of rondkogels algemeen verkrijgbaar. Maar het is natuurlijk leuker om ze zelf te gieten! Indien er veel geschoten wordt, kan het zelfs voordeliger zijn. Voor zwartkruitwapens wordt over het algemeen puur lood gebruikt, wat nog steeds goed en voordelig te krijgen is. Ook is het mogelijk om te legeren met bijvoorbeeld tin, om de loodlegering iets harder te krijgen. Met de juiste smering of coating kunnen dergelijke gegoten koppen ook prima voor nitrokruit gebruikt worden.
Voor het gieten zijn eigenlijk maar twee dingen nodig: een smeltpot en giettang. De smeltpot kan simpel een pan op een brander zijn, maar elektrisch is de temperatuur beter te regelen. Dit komt de consistentie van de kogels ten goede. De giettang zal aangeschaft moeten worden, en er zijn vele modellen beschikbaar in verschillende prijsklassen. Ze werken allemaal en het is aan de schutter, welke het meest prettig werkt.
Klaar om te schieten!